Binnenkort wordt er bij u een urodynamisch onderzoek verricht. Met dit onderzoek kan nagegaan worden of uw blaas en het afsluitmechanisme daarvan goed werken.
Een urodynamisch onderzoek is bedoeld om de oorzaak van uw plasklachten vast te stellen. Bijvoorbeeld als u moeilijk kunt plassen (obstructie) of als u last heeft van ongewild urineverlies (incontinentie). Een urodynamisch onderzoek wordt ook gebruikt in die situaties waarbij iemand naast de plasklachten nog een andere aandoening heeft. Bijvoorbeeld een ziekte van het zenuwstelsel, of wanneer niet duidelijk is waardoor plasproblemen worden veroorzaakt.
Aan de hand van de resultaten van het onderzoek kan de specialist u een gericht behandelingsadvies geven.
In deze folder kunt u lezen wat een urodynamisch onderzoek inhoudt, hoe het in zijn werk gaat en wie het onderzoek uitvoert. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen, dan kunt u contact opnemen met de polikliniek urologie. Het telefoonnummer staat aan het einde van deze folder.
Belangrijk
Wanneer u door ziekte of om een andere reden verhinderd bent, neem dan zo spoedig mogelijk contact op met de polikliniek urologie. In uw plaats kan een andere patiënt geholpen worden.
Het onderzoek kan niet doorgaan:
- Wanneer u een blaasontsteking heeft
- Tijdens de menstruatie
Hoe vindt het onderzoek plaats?
Een urodynamisch onderzoek is een inwendig onderzoek, waarbij dunne slangetjes (katheters) in de plasbuis en de endeldarm ingebracht worden. Via de slangetjes kunnen metingen worden verricht. Bijvoorbeeld de inhoud van de blaas, de druk in de blaas, de afsluitingsdruk van de blaas, het eventuele urineverlies, de uitstroomsnelheid van de urine en de spanning in de bekkenbodemspieren. De meetresultaten worden met een computer verwerkt.
Waar vindt het onderzoek plaats?
Het onderzoek vindt plaats op de polikliniek urologie en wordt uitgevoerd door een verpleegkundige. Het onderzoek duurt ongeveer 30 minuten tot een uur.
Voorbereiding thuis
- U hoeft niet nuchter te zijn;
- U hoeft geen volle blaas te hebben; ga echter niet vlak voor het onderzoek naar het toilet om te plassen. Het 'uitplassen' maakt deel uit van het onderzoek.
- Gelieve voor het onderzoek, thuis, een douche te nemen.
- Op de ochtend van het onderzoek geen bodylotion of creme op de benen en schaamstreek gebruiken.
- Soms moet u op verzoek van de arts 3 dagen voor het onderzoek stoppen met medicijnen die het plassen beïnvloeden.
- Minimaal 2 x 24 uur een mictielijstje bijhouden. Naast deze folder ontvangt u een mictie lijstje en informatie over het invullen van dit lijstje. Behalve als u dit eerder al ingevuld had voor de uroloog of gynaecoloog.
- Indien u een stoma heeft willen wij u vragen een schoon opvangzakje mee te nemen.
- Als u een blaaskatheter heeft wordt deze voor het onderzoek verwijderd en na het onderzoek weer terug ingebracht.
Beschrijving van het onderzoek
Een verpleegkundige wijst u een kleedkamer waar u uw onderkleding uit kunt trekken. Uw bovenkleding én uw sokken houdt u aan.
Hierna neemt u plaats op een onderzoektafel met een speciaal soort WC-bril. Vervolgens gaat u met opgetrokken, gespreide benen op de onderzoektafel liggen. De verpleegkundige reinigt de penis of de schede met steriel water. Om het restant urine (residu) uit de blaas te halen wordt er een katheter ingebracht. Deze katheter wordt weer verwijderd.
Daarna wordt er een andere katheter ingebracht. Dit is een drukmetertje en wordt vastgeplakt. U krijgt plakkers op het bovenbeen en op de billen., deze meten de activiteit van de bekkenbodemspieren. Er wordt ook een katheter in de anus geplaats en vastgeplakt. Het inbrengen van de katheters is niet pijnlijk, maar kan wel vervelend aanvoelen. Nadat de katheters ingebracht zijn wordt u verzocht te gaan zitten. Via de blaaskatheter wordt de blaas gevuld met steriel water. Tijdens het vullen meet de computer de druk in uw blaas. Tegelijkertijd wordt, via de katheter in de endeldarm, de druk in uw buik gemeten. Zodra u aandrang voelt om te gaan plassen moet u dit aangeven. De blaas wordt verder gevuld totdat u zegt dat u de plas niet meer op kunt houden. Dan wordt het vullen gestopt. De verpleegkundige vertelt u wanneer u kunt uitplassen. De urine komt dan langs de katheter naar buiten.
Aanvullend onderzoek
Soms is het gewenst om - tegelijkertijd - een aanvullend onderzoek te doen. Dit is bedoeld om te controleren of de sluitspieren de blaas goed afsluiten. Hiertoe zal de verpleegkundige u meermalen verzoeken om te hoesten (hand voor de mond!) of af te knijpen. Dit onderzoek is vooral van belang bij mensen die last hebben van ongewild urineverlies. Het onderzoek is afgelopen zodra alle katheters en elektroden verwijderd zijn.
Na het onderzoek
- Na het onderzoek kunt u direct naar huis. U mag zelf autorijden of met het openbaar vervoer reizen.
- Het is verstandig om na het onderzoek extra te drinken, zodat de urine kan doorstromen.
- Na het onderzoek kunt u last krijgen van een pijnlijk en branderig gevoel tijdens en na het plassen. Waarschijnlijk moet u vaker plassen dan normaal. Dit komt omdat de plasbuis geïrriteerd kan zijn door de katheters. Soms kunt u ook wat urineverlies hebben,hiervoor kunt u dan een incopad voor gebruiken. Het is mogelijk dat deze klachten één of meerdere dagen duren.U hoeft zich daarover niet ongerust te maken.
- Soms komt er na het onderzoek wat bloed door de plasbuis naar buiten.
- Neem contact op met de polikliniek urologie of met uw huisarts wanneer de klachten aanhouden, wanneer u veel pijn krijgt of wanneer u hoge koorts krijgt.
De uitslag van het onderzoek
U heeft reeds een afspraak gemaakt, wanneer u weer bij de uroloog op controle moet komen. De uroloog bespreekt met u de resultaten van het onderzoek.
Vragen?
Wij helpen u graag. U kunt contact opnemen met de assistent of uw behandelend specialist.
Polikliniek Urologie
- T (076) 595 10 26