Schouderprothese

Binnenkort gaat u naar het Amphia Ziekenhuis voor een operatie aan de schouder. In deze folder leest u meer over de aandoening van de schouder en over de operatie. Zo weet u wat u kunt verwachten en hoe u zich het beste voorbereidt.

Medische informatie over schouderslijtage en schouderprothese
Het schoudergewricht Het schoudergewricht wordt gevormd door de schouderkom, een onderdeel van het schouderblad en de kop van de bovenarm. Zowel de kom als de kop zijn bekleed met kraakbeen.

Een versleten schoudergewricht
Het kraakbeen kan na verloop van tijd slijtage gaan vertonen. Deze aandoening wordt artrose genoemd. Als het kraakbeen versleten is kan het gewricht niet meer soepel bewegen en veroorzaakt het pijn en stijfheid.

Vervanging van het schoudergewricht
Wanneer klachten als pijn en stijfheid dusdanig zijn dat zij niet meer te verhelpen zijn met pijnstillers en fysiotherapie, kan er besloten worden om een prothese te plaatsen.

Er bestaan drie soorten prothesen:

1. Totale schouderprothese: er wordt zowel een kunstkop als een kunstkom geplaatst.
2. Hemi schouderprothese: de kop wordt vervangen door een kunstkop, de kom wordt indien nodig bijgewerkt.
3. Omgekeerde schouderprothese: er wordt een kop op de oorspronkelijke kom geplaatst en een kom op de oorspronkelijke kop.

Afhankelijk van de conditie van het bot en van de spieren rond het schoudergewricht kan de orthopedisch chirurg besluiten tot het plaatsen van één van de schouderprothesen. De belangrijkste reden voor het ondergaan van de operatie is het verminderen van pijn. De beweeglijkheid van de schouder kan verbeteren, maar dat is niet altijd het geval.

De gegevens van schouderprothese worden in een landelijke registratie systeem ingevoerd (LROI), zodat we op elk moment kunnen opzoeken welke prothese bij u geplaatst is.

Complicaties

Bij iedere operatie bestaat de kans op complicaties. Het is van belang dat u op de hoogte bent van de complicaties die kunnen optreden na het plaatsen van een schouderprothese.

• Er kan een zenuw beschadigd raken tijdens de operatie, dit kan een doof gevoel in een gedeelte van de huid veroorzaken of zelfs uitval van bewegingen van de arm. Dit gebeurt gelukkig heel sporadisch.
• Er kan een wondinfectie ontstaan; om de kans hierop te verkleinen krijgt u voor en na de operatie een aantal maal antibiotica toegediend.
• De prothese kan geïnfecteerd raken. Dit kan zelfs leiden tot meerdere vervolg operaties. In het ergste geval kan het zijn dat de prothese verwijderd moet worden.
• Het gebrek aan beweging tijdens en na de operatie kan trombose veroorzaken; om de kans hierop te verkleinen krijgt u na de operatie een antistollingsmiddel toegediend gedurende de opname.
• Het schoudergewricht kan luxeren door het uitvoeren van een verkeerde beweging, dit houdt in dat de kop uit de kom schiet.

Infectie
Een protheseoperatie is een ingreep die belastend kan zijn voor het lichaam en die gevoelig is voor infecties. Voor de operatie mogen er daarom geen bronnen van infectie in uw lichaam zijn. Een slecht gebit dient bijvoorbeeld voor de opname te zijn gesaneerd. Bijzondere aandacht verdienen infecties van onder andere keel, blaas, onderlichaam, tenen en voeten.

Heeft u een infectie of denkt u die te hebben, meld dit dan tijdig.

Programma in het ziekenhuis
Wat neemt u mee

• Medicatie die thuis wordt gebruikt, voor minimaal 24 uur meenemen in de oorspronkelijke verpakking.
• Papieren die aan u zijn uitgereikt op het voorbereidingsplein.
• Folder ‘de schouderprothese’.

Lichamelijke verzorging

• Ringen moeten verwijderd worden voorafgaand aan de operatie.
• Het gebruik van bodylotion voor de operatie is niet toegestaan, omdat het dan moeilijker is om de huid te desinfecteren.

Voorafgaand aan de operatie
Voordat u geopereerd wordt, moet (zo nodig) het operatiegebied geschoren worden en wordt de arm gemarkeerd met een pijl. De bloeddruk, polsslag en temperatuur worden gemeten.

Nabehandeling
U krijgt direct na de operatie een schoudermitella. Deze wordt twee weken gedragen. Deze mag alleen af tijdens het uitvoeren van oefeningen en de verzorging. Na twee weken mag de mitella afgebouwd worden. Geadviseerd wordt de mitella ‘s nachts gedurende 6 weken te dragen. Er wordt bij u een röntgenfoto gemaakt. Indien er bij u een pijnblokkade met een catheter wordt toegepast, dan zal u via deze catheter nog minimaal vier maal daags een pijnstiller toegediend krijgen.

De fysiotherapeut komt bij u langs om oefeningen aan te leren. Tevens wordt nagegaan wanneer het ontslag haalbaar zal zijn. Het ontslag kan plaatsvinden vanaf de eerste dag na de operatie. De meeste mensen zullen de tweede dag na de operatie weer naar huis gaan.

Soms moeten we u verzorgen terwijl u bezoek heeft. Of moeten verpleegkundigen bij de wisseling van hun diensten de informatie over u met elkaar bespreken. Dit doen ze het beste bij u aan het bed. In verband met de privacy en om zo min mogelijk gestoord te worden vragen ze dan of uw bezoek even wil wachten op de gang. We rekenen op uw begrip hiervoor.

Bij vragen neemt u contact op met de polikliniek Orthopedie, (076) 595 30 80.

Meer lezen over orthopedie bij Amphia?