Oh nee, IE...

We zien dat je Internet Explorer gebruikt, een oude en onveilige browser. Daardoor kunnen we je niet de mooie website voorschotelen die we zouden willen.

Je bent van harte welkom in elke andere browser zoals bijvoorbeeld Chrome, Firefox of Microsoft Edge. Wij wachten hier wel, tot zo!

Welkom bij Amphia
Patiënteninformatie

Zoeken

Behandeling schildkliercyste
Aanmaakdatum: | Geüpdatet op

Behandeling schildkliercyste

U krijgt binnenkort een behandeling van uw schildkliercyste. Dit is besproken met uw behandelend arts. De radioloog voert het onderzoek uit, geassisteerd door een radiodiagnostisch laborant of een radiologisch assistent.

In uw schildklier zit een cyste: dat is een met vocht gevulde ruimte. De radioloog gaat deze cyste aanprikken zodat het vocht eruit kan lopen. In de ruimte spuit de radioloog vervolgens ethanol ("alcohol"). Dit heeft een bijtende werking, waardoor de wanden aan de binnenzijde van de cyste aan elkaar zullen kleven. De cyste zal daardoor verschrompelen en zich niet opnieuw met vocht vullen.

De behandeling
Voor deze behandeling is het nodig dat u kortdurend wordt opgenomen op de dagverpleging. U krijgt van de afdeling Radiologie bericht hoe laat en waar u in het ziekenhuis wordt verwacht.

U komt op een onderzoekstafel te liggen met het hoofd iets achterover. U kunt uw kleding aanhouden, de halssieraden dient u af te doen. De radioloog brengt gel aan in de hals en zal met behulp van geluidsgolven (echografie) de exacte plaats van de cyste in uw schildklier bepalen. Rondom de cyste wordt een verdovingsmiddel ingespoten, waardoor de behandeling minder pijnlijk is.

De huid wordt hierna goed ontsmet. De radioloog zal de cyste met een holle naald aanprikken (punctie), zodat het vocht uit de cyste kan worden gehaald. Via dezelfde naald spuit de radioloog nu ethanol ('alcohol') terug. Tijdens de behandeling zal de radioloog aan u vragen om te blijven praten. Vervolgens wordt de naald verwijderd en wordt de punctieplaats afgedekt met een pleister.

Om nabloeden te voorkomen is het belangrijk dat u gedurende een half uur zelf met een platte hand en gestrekte vingers op de prikplaats drukt. De radioloog zal u uitleggen hoe u dit het beste kunt doen. De behandeling duurt ongeveer 20 minuten.

Belangrijk
Bloedstollingsonderzoek

  • Een punctie is alleen mogelijk als u onlangs een bloedstollingsonderzoek heeft gehad. Uw behandelend arts vraagt dit voor u aan.
  • Als u bloedverdunners (antistollingsmedicatie) gebruikt, meld dit dan aan uw behandelend arts. Hij/ zij bespreekt met u of en wanneer u moet stoppen met deze medicijnen.
  • Er is een kleine kans dat door de ethanol een stemverandering optreedt. Dit komt doordat de stemzenuw wordt geprikkeld en is vrijwel altijd tijdelijk. Heel soms is dit blijvend.
  • Bent u overgevoelig voor geneesmiddelen of jodium, vertelt u dit dan voor het onderzoek aan de radiodiagnostisch laborant.

Na het onderzoek
Het eerste half uur na de punctie drukt u zelf met uw eigen hand op de prikplaats om nabloeden te voorkomen en verkleving van de cystewanden te bevorderen. In de hals zal zeer waarschijnlijk een blauwe plek ontstaan door het prikken. Dat is normaal. U gaat na afloop van de behandeling terug naar de dagverpleging.

  • Na afloop van het onderzoek moet u bedrust houden. De verpleegkundige zal u regelmatig controleren en vertelt u wanneer u naar huis mag.
  • Wij adviseren u tot 48 uur na de punctie rustig aan te doen: niet sporten en niet zwaar tillen.
  • Het kan zijn dat de punctieplaats na afloop van het onderzoek pijnlijk is. U kunt de verpleging vragen om medicatie tegen de pijn. Thuis kunt u zonodig maximaal 4x per dag 1000 mg Paracetamol nemen.
  • Soms wordt er na een paar uur een controlefoto gemaakt.
  • Op de punctieplaats kan een bloeding of een ontsteking ontstaan. Als u in de uren/ dagen na de behandeling één van de onderstaande klachten krijgt, neemt u dan direct contact op met uw behandelend arts. Buiten kantoortijden kunt u rechtstreeks contact opnemen met de Spoedeisende Hulp van Amphia (tel. (076) 595 4047).
  • De klachten die kunnen duiden op een bloeding of ontsteking zijn:

1. Duizelig worden of 'zich niet goed voelen'.
2. Ernstige pijn, met name rondom de punctieplaats.
3. De punctieplaats wordt rood, warm of erg dik.
4. Meer dan 38 graden koorts

Voorbereiding
Voor deze behandeling wordt u tijdelijk opgenomen op de dagverpleging. Van de afdeling Opname krijgt u apart bericht hoe laat en waar u in het ziekenhuis wordt verwacht.

Uitslag
U krijgt op de vervolgafspraak met uw behandelend arts het verslag van de behandeling.

Vragen?
Wij helpen u graag. U kunt contact opnemen met onze afdeling via (076) 595 10 86.

Bent u verhinderd? Wilt u dit dan zo spoedig mogelijk doorgeven aan de afdeling Radiologie? Wij kunnen uw plaats dan voor een andere patiënt gebruiken.

Locatie
De afdeling Radiologie is gevestigd op meerdere locaties. Kijk voor de juiste locatie op uw afspraakbevestiging.

Meer weten over Radiologie in Amphia?

Ga naar afdeling Radiologie

Label