Oh nee, IE...

We zien dat je Internet Explorer gebruikt, een oude en onveilige browser. Daardoor kunnen we je niet de mooie website voorschotelen die we zouden willen.

Je bent van harte welkom in elke andere browser zoals bijvoorbeeld Chrome, Firefox of Microsoft Edge. Wij wachten hier wel, tot zo!

Welkom bij Amphia
Patiënteninformatie

Zoeken

Mammalokalisatie met MRI
Aanmaakdatum: | Geüpdatet op

Mammalokalisatie met MRI

Vul de vragenlijst in

Om u zo snel en veilig mogelijk te helpen vragen wij u om een vragenlijst in te vullen voor uw MRI onderzoek. U vult de vragenlijst digitaal in via mijnAmphia.

Heeft u geen mijnAmphia? U kunt de vragenlijst ook zelf printen. Neem deze dan mee naar uw afspraak.

Ga naar MRI vragenlijst

Inleiding
U krijgt binnenkort een chirurgische ingreep aan één of beide borsten. Dit is besproken met uw behandelend arts. Voorafgaand aan deze ingreep dient er nog een onderzoek, op de afdeling radiologie, verricht te worden. Dit onderzoek heet een ‘mammalokalisatie met MRI’. Hierbij wordt de precieze plaats van de afwijking in uw borst gemarkeerd door middel van een ‘jodiumzaadje’. De chirurg kan tijdens de operatie het jodiumzaadje en dus de afwijking terugvinden en verwijderen. De operatie kan kort na de plaatsing van het zaadje zijn, maar er kunnen ook weken tot maanden tussen zitten.

Inbrengen jodiumzaadje
Mammalokalisatie kan om twee redenen nodig zijn:

  • De afwijking in uw borst is niet of slecht te voelen.
  • Het is nodig om u te behandelen met chemotherapie, voordat u wordt geopereerd. Door de chemotherapie kan de afwijking zo ver slinken, dat deze niet meer of slecht te voelen is.

Het markeren gebeurt door een ‘jodiumzaadje’ in te brengen op de plaats van de afwijking in de borst. Dit is een heel klein staafje ter grootte van een potloodpuntje (zie foto) met licht-radioactief jodium. Na het inbrengen kan tijdens de operatie de plaats van de afwijking met speciale apparatuur heel precies zichtbaar worden gemaakt. De chirurg weet zo exact waar de afwijking zich bevindt.

Het onderzoek
Dit onderzoek wordt gedaan mbv de MRI. MRI staat voor Magnetic Resonance Imaging. Bij een MRI worden met behulp van een sterk magneetveld en radiopulsen beelden gemaakt van het te onderzoeken lichaamsdeel. Het weefsel in het lichaam reageert hier tijdelijk op door een signaal af te geven. Een spoel/antenne vangt deze signalen op en zet dit om in beelden.

Voor dit onderzoek ontbloot u het bovenlichaam en u krijgt een jasje aan dat aan de voorzijde te openen is. Tijdens het onderzoek ligt u op uw buik op de onderzoekstafel met uw borst (en) in een uitsparing. Om te zorgen dat de borst tijdens het onderzoek niet verschuift, wordt deze tussen twee platen geklemd. U krijgt oordopjes, een koptelefoon op en een belletje in de hand om de laborant te contacteren. Vervolgens wordt u in de tunnel geschoven. U hoort u een sterk kloppend en/of brommend geluid. De radiodiagnostisch laborant doet eerst een paar MRI-metingen en brengt het hele gebied goed in beeld. U wordt weer uit de tunnel geschoven en de radioloog maakt de huid schoon en verdooft deze plaatselijk. Nadat de exacte plaats van de afwijking en de positie voor de naald zijn bepaald, wordt het jodiumzaadje met behulp van een naald in de borst gebracht. Vervolgens kan het zaadje via de naald in de afwijking worden geplaatst. Soms worden meerdere zaadjes ingebracht.

U krijgt een pleister op de plaats van de verdoving. Tot slot worden twee controlefoto’s gemaakt met het mammografie apparaat om te beoordelen of het zaadje goed is geplaatst.

In totaal duurt het onderzoek ongeveer 45 minuten. Het onderzoek vindt poliklinisch plaats. U kunt na het onderzoek gewoon naar huis.

Belangrijk

  • Bent u (mogelijk) zwanger, neemt u dan contact op met de afdeling Radiologie.
  • Als u bloedverdunners (antistollingsmedicatie) gebruikt, meld dit dan aan uw behandelend arts. Hij/ zij bespreekt met u of en wanneer u moet stoppen met deze medicijnen.
  • Gebruik vanaf de avond voor het onderzoek geen bodylotion of talkpoeder op uw bovenlichaam.
  • Wij raden u aan om niet alleen te komen, zodat iemand u naar huis kan begeleiden. Autorijden kan na het onderzoek voor u vervelend zijn.
  • Draag bij voorkeur bovenkleding die u makkelijk aan- en uit kunt trekken.
  • Vanwege het sterke magneetveld worden patiënten met een pacemaker of ICD alleen gescand als deze voor MRI is goedgekeurd. Het magneetveld beschadigt of trekt bepaalde dingen aan. Laat daarom creditcards, bank- en giropassen, horloges, piercings, sleutels, mobiel, haarspeldjes, gehoorapparaten en sieraden in de kleedkamer achter. Uw kleedkamer kan afgesloten worden.
  • Meld het als u metalen voorwerpen in uw lichaam heeft zoals vaatclips, schroeven, plaatjes, heuppennen, gewrichtsprothesen, kogels en ijzerfragmenten.
  • Meld het ook als u in uw werk veel met metaalsplinters in aanraking komt.
  • Indien u een pruik draagt, kunt u een andere hoofdbedekking ter vervanging mee nemen.
  • Het is beter dat u geen make-up draagt. In de meeste make-up soorten wordt metaal gebruikt. Dit metaal beïnvloedt de beeldkwaliteit.
  • Wij raden u aan waardevolle zaken zoveel mogelijk thuis te laten.Verwijder altijd een gebitsprothese. Geen bezwaar: vullingen en/of kronen, NIET-verwijderbare onderdelen van een beugel en ECHTE gouden (trouw)ringen die niet af kunnen.

Na het onderzoek
Ondanks dat de insteekplaats wordt verdoofd, kan het onderzoek toch pijnlijk zijn. Wij raden aan om na het onderzoek de arm en borst te ontzien. Ook kunt u paracetamol nemen als u dat nodig vindt. Het is mogelijk dat na de mammalokalisatie een bloeduitstorting of een infectie optreedt op de plaats waar het zaadje is ingebracht.

Het is daarom belangrijk om bij toenemende roodheid of zwelling van de borst, als u koorts krijgt of hevige pijnklachten, contact op te nemen met uw behandelend arts of mammacareverpleegkundige.

LET OP! U dient 15 minuten vóór uw afspraak aanwezig te zijn.

 

Straling
Het jodiumzaadje bestaat uit licht-radioactief materiaal. De straling die het zaadje uitzendt, wordt door het weefsel in de borst sterk verzwakt en is minimaal voor uw omgeving. Om te voorkomen dat kleine kinderen een stralingsdosis oplopen, weliswaar zeer laag, adviseren wij om kleine kinderen niet langer dan één uur per dag dicht tegen uw borst aan te houden. De hoeveelheid straling, die een kind op deze manier kan ontvangen, is dan zeer gering. Na het verwijderen van de radioactieve jodiumzaadjes is dit advies niet meer van toepassing. Voor volwassenen in uw omgeving zijn voorzorgsmaatregelen niet nodig. Het jodiumzaadje is dus niet gevaarlijk voor u of uw omgeving en kan indien nodig lange tijd blijven zitten.

Reizen naar het buitenland
Indien u van plan bent naar het buitenland te reizen (in de periode tussen het plaatsen van het jodiumzaadje en de operatie) is het de bedoeling, dat u vooraf contact opneemt met de afdeling Nucleaire Geneeskunde via (076) 595 30 16. Dit in verband met het meekrijgen van een medische verklaring.

Vragen?
Wij helpen u graag. U kunt contact opnemen met onze afdeling via (076) 595 10 86. Bent u verhinderd? Wilt u dit dan zo spoedig mogelijk doorgeven aan de afdeling Radiologie? Wij kunnen uw plaats dan voor een andere patiënt gebruiken.

Locatie:
De afdeling Radiologie is gevestigd op meerdere locaties. Kijk voor de juiste locatie op uw afspraakbevestiging.

Meer weten over Radiologie in Amphia?

Ga naar afdeling Radiologie

Label