U heeft van uw arts het advies gekregen om goed te letten op de hoeveelheid kalium die u dagelijks via uw voeding gebruikt. In deze folder leest u meer over de richtlijnen voor een kaliumbeperkte voeding.
Wat is kalium?
Kalium is een mineraal dat in vrijwel alle voedingsmiddelen zit. In het lichaam komt kalium voornamelijk voor in de spiercellen. Kaliumrijke voeding is gezond. Kalium draagt onder meer bij aan een goede bloeddruk en beschermt zo de nieren.
Kalium is belangrijk voor:
- Het doorgeven van prikkels in het zenuwstelsel. Kalium zorgt ervoor dat de spieren zich samentrekken.
- Het regelen van een goede waterhuishouding in het lichaam (samen met natrium/zout). Bij uitdroging en diarree is de waterhuishouding tijdelijk verstoord, dus ook de kalium- en natriumhuishouding.
- Het regelen van de bloeddruk.
Waarom een kaliumbeperkt advies?
De nieren regelen de hoeveelheid kalium in het lichaam. Wat u te veel binnenkrijgt, plast u normaal gesproken uit. Als de nieren niet goed werken kan er te veel kalium achterblijven in het bloed. Te veel kalium in het bloed kan leiden tot hartklachten, zoals hartritmestoornissen. Bij een veel te hoog kaliumgehalte in het bloed bestaat zelfs kans op een hartstilstand.
Bloeduitslagen
De normaalwaarde van kalium ligt tussen de 3,5–5,5 mmol/L. Als het kaliumgehalte in uw bloed te hoog is (hoger dan 5,5 mmol/l) kan het nodig zijn het kalium in de voeding te beperken. Hoeveel kalium u kunt gebruiken hangt daarom af van uw bloeduitslagen.
Andere maatregelen
Naast een kaliumbeperkt dieet zijn nog andere maatregelen mogelijk:
- Door sommige medicijnen kan de hoeveelheid kalium in het bloed stijgen. Bijvoorbeeld door bepaalde medicijnen tegen een hoge bloeddruk. Eventueel kan uw arts minder medicijnen of andere medicijnen voorschrijven.
- Als de nieren niet goed werken, blijven er veel zure stoffen achter in het bloed. Door deze zure stoffen gaat het kaliumgehalte in uw bloed omhoog. Het is mogelijk om de verzuring te behandelen met medicijnen. Deze zullen (indien nodig) voorgeschreven worden door uw arts.
- Als het kalium niet genoeg omlaag gaat door het dieet en de genoemde maatregelen, kan de arts medicijnen voorschrijven. Deze heten kaliumverlagers of kaliumbinders. Deze medicijnen zorgen ervoor dat u kalium met de ontlasting verliest.
Voorbeelden
Voedingsmiddelen met weinig kalium
- Water, thee, frisdrank, limonadesiroop, ijsthee
- Brood, beschuit, ontbijtkoek, crackers, toast
- Boter, margarine, olie, slagroom
- Alle soorten kaas
- Ei
- Jam, vruchtenhagel, honing, (basterd)suiker, (gestampte) muisjes
- Rijst en pasta
- 1 biscuit, 1 blokje boterkoek, 1 plak cake, 1 kleine eierkoek, 1 waterijsje, 1 speculaasje, 1 stroopwafel, 1 slagroomsoesje, 1 stukje baklava.
Voedingsmiddelen met veel kalium
- Aardappelen of producten die hiervan gemaakt zijn, zoals chips, frites en puree.
- Alle soorten groente zijn kaliumrijk. Vooral tomaat, spinazie, postelein, champignons, maar ook tomaten- en groentesap en tomatensoep.
- Fruit, vruchtensap, avocado en gedroogde vruchten, zoals abrikozen, dadels, krenten en rozijnen.
- Peulvruchten, zoals erwten, witte/bruine bonen, kapucijners, linzen en erwtensoep
- Vloeibare melkproducten, zoals melk, yoghurt, vla, chocolademelk, kwark en roomijs.
- Vlees(waren), kip, gevogelte en vis.
- Appel- en keukenstroop, chocoladehagelslag, pindakaas en chocoladepasta.
- Alle soorten koffie (en ook koffiemelk).
- Cacao, chocolade en bonbons (ook witte chocolade).
- Pinda’s, noten en studentenhaver.
- Zoutvervangers zoals Dieetzout (E508), Lo Salt, Jozo Low sodium salt, Aromat natriumarm. Deze producten bevatten veel kalium in de vorm van kaliumchloride.
Kaliumabsorptie uit diverse voedingsmiddelen
De opname van kalium in het maag-darmkanaal komt niet altijd overeen met de hoeveelheid kalium in het voedingsmiddel. In bewerkte voedingsmiddelen komt vaak kaliumzout voor, wat erg goed wordt opgenomen (90%). Ook kalium uit dierlijke producten wordt goed opgenomen (70-90%). Kalium uit plantaardige producten wordt veel minder goed opgenomen (50-60%).
Advies en tips
Adviezen
- Vervang aardappelen regelmatig door (volkoren) pasta of (zilvervlies-)rijst.
- Vervang koffie zoveel mogelijk, bijvoorbeeld door thee.
- Wissel verschillende soorten fruit en groenten af. Kies bij voorkeur voor soorten lager in kalium. Voldoende groenten en fruit dragen bij aan een goede vezelinname en bij het tegengaan van verzuring van het lichaam. Ook is er een lagere kans op hart- en vaatziekten als er voldoende groenten en fruit worden gebruikt.
- Gebruik geen vruchtensap of smoothies. Gebruik bij voorkeur water of thee.
- Stamppot en friet bevatten veel kalium. Gebruik deze maximaal 1x per 2 weken. Pas die dag de voeding hierop aan (bijvoorbeeld door geen koffie te gebruiken).
Tips voor de bereiding van de warme maaltijd
- Kook aardappelen zonder schil of in kleine stukjes.
- Groenten koken, weken, blancheren en/of stoven heeft de voorkeur, zodat een deel van het kalium oplost en met het afgieten wordt verwijderd. Gebruik het kookvocht niet voor bijvoorbeeld een saus.
- Bij bereidingstechnieken als roerbakken, stomen, frituren of bereiden in de magnetron treedt geen kaliumverlies op. Dit zijn minder geschikte bereidingsmethoden.
- Gebruik geen kaliumrijk zout.
- Gebruik zoveel mogelijk onbewerkt voedsel. In sommige voedingsmiddelen zit verborgen kalium. Bijvoorbeeld doordat er zoutvervangers aan toegevoegd zijn. Ook kaliumhoudende E-nummers worden steeds vaker toegevoegd aan bijvoorbeeld vlees(waren), kip, vis en kant- en klare producten.
Kijk voor meer informatie op www.nieren.nl of in de brochure ‘Eten en drinken als uw nieren niet goed meer werken’. U kunt uw voedingsinname bijhouden met de ‘Eetmeter’ van het Voedingscentrum via: www.mijneetmeter.nl