Oh nee, IE...

We zien dat je Internet Explorer gebruikt, een oude en onveilige browser. Daardoor kunnen we je niet de mooie website voorschotelen die we zouden willen.

Je bent van harte welkom in elke andere browser zoals bijvoorbeeld Chrome, Firefox of Microsoft Edge. Wij wachten hier wel, tot zo!

Welkom bij Amphia
Patiënteninformatie

Zoeken

Neusoperatie
Aanmaakdatum: | Geüpdatet op

Neusoperatie

1. Inleiding
U bent bij de Keel-, Neus- en Oorarts (KNO-arts) onder behandeling, omdat u neusklachten heeft. Uw arts heeft u verteld wat uw aandoening inhoudt en wat er aan te doen is. In deze folder leest u de belangrijkste informatie. Heeft u na de uitleg van de arts en het lezen van de folder nog vragen? Neem dan contact met ons op. U vindt de telefoonnummers op de laatste pagina van deze folder. Bewaar deze folder goed. Er staat belangrijke informatie in over uw operatie. Plus adviezen die na de ingreep van belang zijn.

2. Functies van de neus
De neus is er zeker niet alleen voor de reuk, al is dit wel een belangrijke functie. De neus is vooral een deel van de ademhalingsorganen. Hij verwarmt, bevochtigt en reinigt de ingeademde lucht. Meer dan 95% van de deeltjes die onze lucht verontreinigen, maakt de neus onschadelijk door ze weg te filteren. Dit zorgt voor een zo goed mogelijke ademhaling. Daarnaast heeft de neus een belangrijke functie bij de stemvorming en ook de afvloeiing van het traanvocht verloopt via de neus.Tenslotte is de uitwendige vorm van de neus ook een belangrijk aspect, het is bepalend voor het uiterlijk.

2.1 Storingen in de functies van de neus
De neusfunctie is op veel manieren te beïnvloeden. Iedereen is wel eens verkouden. Ook allergie (overgevoeligheid) komt veel voor. Dit soort stoornissen kan verergeren als het inwendige van de neus een afwijkende vorm heeft. Wat het meest voorkomt, is een scheefstand van het neustussenschot (het septum) dat de neushelften van elkaar scheidt. Deze afwijkende vorm van het neustussenschot komt zeer vaak voor. Dit kan aanleiding geven tot een grote reeks klachten, zoals een gevoel van een verstopte neus, een gestoorde ademhaling of hoofdpijn. Dit is een verklaring voor het feit dat het rechtzetten van het neustussenschot (de zogenaamde septumcorrectie) een veelvoorkomende operatie is die de neusfunctie verbetert.

3. Welke neusoperaties zijn er?

3.1 De neustussenschotoperatie
Dit is een operatie binnenin de neus, er ontstaan dus geen zichtbare littekens. Bij de ingreep legt de arts het kraakbeen en het bot van het neustussenschot vrij via een klein sneetje binnen in de neus. Hierna zet hij het tussenschot recht. Daarbij verwijdert hij uitstekende stukken, maakt kromme delen recht enzovoorts. Twee tot vier in de neus gebrachte tampons houden daarna het herstelde neustussenschot tijdelijk op zijn plaats. Aan weerszijden zorgt de arts voor steun in de juiste positie, zodat slijmvlies, kraakbeen en bot weer aan elkaar groeien. Vaak worden aan de buitenzijde van de neus ook nog enige pleisters aangebracht ter onder-steuning. Als de tampons na enkele dagen verwijderd zijn (en de pleisters) dan kunt u weer door de neus ademen. Tijdens de ingreep verkleint de arts vaak ook de schelpen die aan de zijkant van de neus zitten (conchotomie).

3.2 De inwendige en uitwendige neuscorrectie
Soms gaat het niet alleen om een afwijkend tussenschot, maar heeft ook de buitenkant van de neus een afwijkende vorm. Dit laatste heeft dan ook invloed op het uiterlijk. Vaak is het mogelijk om in één operatie niet alleen de functie te herstellen, maar ook het uiterlijk te verbeteren. Deze operatie is wat uitgebreider dan de neustussenschotoperatie. Afhankelijk van de afwijking aan de neus kan deze operatie van binnenuit plaatsvinden. Er komen dan geen sneden aan de buitenkant en er blijven geen zichtbare littekens achter. In andere gevallen zijn er wel sneden aan de buitenkant nodig, dit bespreekt de arts dan met u. Hierdoor kunnen zeer kleine littekentjes ontstaan, die later niet of nauwelijks zichtbaar zijn.
Net als bij een neustussenschotoperatie brengt de arts aan het eind van de operatie ter ondersteuning van de juiste vorm tampons aan. Wanneer aan het bot van het uitwendige van de neus is geopereerd, dan zet hij bovendien de neus vast met pleisters, met daaroverheen een kapje van kunststof. De verpleging verwijdert de neustampons na enkele dagen. Het kapje blijft een week op zijn plaats om te zorgen dat de weefsels en de botstukken in de goede positie aan elkaar groeien.

4. Opname

4.1 Opnamelocatie
Van de medewerker van de afdeling Opname hoort u wanneer en op welke locatie de operatie plaatsvindt.
U ontvangt een telefoontje ter bevestiging van deze datum. Op de dag van de opname meldt u zich op de afgesproken locatie bij de receptie in de hal van het ziekenhuis.

4.2 Uitstellen van de operatie
Neusverstoppingen en/of verkoudheden zijn geen reden om de operatie af te zeggen. Heeft u koorts vlak voor de operatie (38.5˚C of hoger)? Neem dan wel zo snel mogelijk contact op met de polikliniek KNO om te overleggen of de operatie wel of niet door kan gaan.

4.3 Nuchter zijn en narcose
Voor de operatie moet u nuchter zijn. Informatie over nuchter zijn voor de operatie en narcose kunt u lezen in de folder ‘Anesthesie (verdoving) en pijnbestrijding tijdens en na uw operatie’.

4.4 Operatie
De ingreep vindt plaats onder narcose en duurt ongeveer een uur. De arts plaatst aan beide zijden neustampons die meestal een tot drie dagen blijven zitten. U krijgt na de operatie een afspraakkaartje met daarop de datum en tijd waarop u naar de polikliniek komt. In principe gaat u met de neustampons naar huis. Deze worden op de polikliniek verwijderd.

4.5 Antistolling
1. Antistolling rond ingrepen:
Gebruikt u bloedverdunners?
Als u bloedverdunners (antistollingsmedicatie) gebruikt, meld dit dan aan uw behandelend arts.
Hij/zij bespreekt met u of en wanneer u moet stoppen met deze medicatie.

2. Tromboseprofylaxe:
Om de kans op trombose (ongewenst bloedstolsel in een bloedvat) te verlagen krijgt u in sommige gevallen gedurende en/of na de opname een spuitje met bloedverdunner toegediend die de stolling van het bloed vermindert of vertraagt. Indien dit voor u van toepassing is zal uw behandelend arts dit met u bespreken.

5. Na de operatie

5.1 Weer thuis
Weer thuis kunt u het volgende verwachten:

  • De pijn na de operatie is meestal gering en altijd goed met pijnstillers te bestrijden (bijvoorbeeld paracetamol).
  • Na de operatie ziet u misschien enige zwelling en een blauwe verkleuring van de gezichtshuid en de oogleden. Dit komt vooral voor als er aan het uitwendige van de neus is geopereerd. Dit komt door kleine onderhuidse bloeduitstortingen en verdwijnt meestal binnen enkele dagen.
  • In de neus en omgeving treedt soms een dof gevoel op, omdat kleine zenuwen zijn uitgeschakeld. Dit verdwijnt vanzelf, het normale gevoel komt terug. Meestal binnen enkele weken tot maanden.
  • De eerste weken na de operatie moet het slijmvlies van de neus nog wat herstellen. Bij een verkoudheid heeft u mogelijk nog wel eens last van de neus maar de hoofdpijn en de verstoppingen zijn vaak minder.

5.2 Hersteladviezen
Dit zijn de richtlijnen na de operatie:

  • Verricht twee weken geen zware fysieke werkzaamheden of ga gedurende een week niet naar school. Uw arts adviseert u hierover in uw specifieke situatie.
  • Sport en zwem niet gedurende drie weken na de operatie.
  • Rook twee weken na de operatie niet.
  • Bij een uitwendige neuscorrectie: beoefen zes weken geen balsporten of contactsporten.

5.3 Nabehandeling
Over het algemeen ontstaan er na de operatie korsten in de neus. U moet daarom de dag na het verwijderen van de neustampons, de neus spoelen met een zoutwateroplossing. Dit houdt in dat u zes keer per dag enkele spuitjes van 5 ml zoutwateroplossing voorzichtig in beide kanten van de neus spuit. Dit snuift u op en laat u weer uit de neus lopen. U maakt de zoutwater-oplossing door een halve theelepel keukenzout op te lossen in een glas lauw water.
U kunt ook fysiologisch zout gebruiken, dit is verkrijgbaar bij de apotheek. Soms schrijft de KNO-arts Otrivin neusspray voor om de doorstroom direct na de operatie te verbeteren.

5.4 Wat zijn de complicaties?
Bij iedere operatie, ook een neusoperatie, is er sprake van enig risico. Er kan bijvoorbeeld een infectie optreden of een plotselinge bloeding. Dit kunt u merken door een kloppende pijn in de neus, koorts en/of een volledig dichte neus die niet meer open gaat na het gebruik van otrivin druppeltjes. Dergelijke complicaties zijn overigens goed te behandelen. In de praktijk zijn complicaties bij een neusoperatie zeer zeldzaam. Bij problemen belt u overdag naar de polikliniek KNO en buiten kantoortijden belt u de Spoedeisende Hulp.

6. Vragen?
Wij helpen u graag. U kunt contact opnemen met de assistent of uw behandelend specialist.

Polikliniek KNO:

  • Amphia Breda
    T (076) 595 10 10
  • Amphia Oosterhout
    T (0162) 32 74 35

Meer lezen over keel-, neus- en oorheelkunde bij Amphia?

Ga naar afdeling KNO (Keel-, Neus- en Oorheelkunde)

Label