Oh nee, IE...

We zien dat je Internet Explorer gebruikt, een oude en onveilige browser. Daardoor kunnen we je niet de mooie website voorschotelen die we zouden willen.

Je bent van harte welkom in elke andere browser zoals bijvoorbeeld Chrome, Firefox of Microsoft Edge. Wij wachten hier wel, tot zo!

Welkom bij Amphia
Patiënteninformatie

Zoeken

Hydrocèle en spermatocèle operatie
Aanmaakdatum: | Geüpdatet op

Hydrocèle en spermatocèle operatie

Inleiding
In overleg met uw arts zal er bij u een hydrocèle of spermatocèle operatie verricht worden. Deze operatie betreft een ingreep aan het scrotum (balzak).

Een hydrocèle (hydros=water, cele=holte) is een goedaardige zwelling uitgaande van het scrotum, gevuld met vocht. Deze komen zeer vaak voor. Een spermatocèle is een holte gevuld met spermacellen.

Een spermatocèle is vaak los van de zaadbal te voelen, terwijl bij een hydrocèle de zaadbal binnenin de vochtcollectie zit.

Bij hydrocèle of spermatocèle is er geen gevaar dat zij kwaadaardig worden.

Ontstaan
Normaal worden de zaadballen omgeven door een met vocht gevuld vlies waarbinnen de zaadbal kan bewegen. Onder bepaalde omstandigheden, zoals een trauma (ongeval) of infectie, maar heel vaak ook zonder aanwijsbare oorzaak, neemt de hoeveelheid vocht rond de bal sterk toe. Zo ontstaat een hydrocèle. Soms ontstaat een hydrocèle ook als reactie op een gezwel of ernstige ontsteking. Het is dan belangrijk dat de oorzaak van de hydrocèle nader onderzocht wordt. Meestal is een lichamelijk onderzoek voldoende, soms moet echografisch onderzoek van de balzak verricht worden. Vaak zijn hydrocèle's klein en zacht aanvoelend, soms echter kunnen zij groot worden tot wel 15 cm. in doorsnede.

Spermatocèle's ontstaan vanuit de bijbal. Het zaad dat in de zaadbal wordt gevormd, wordt naar de bijbal getransporteerd. Daar vindt verdere rijping plaats. Vanuit de bijbal gaat het zaad via de zaadleider richting zaadblaasjes en prostaat. De bijbal bestaat uit talrijke kleine verzamelbuisjes. Soms ontstaat er een verwijding van zo'n buisje omdat het zaadtransport niet goed verloopt (bijvoorbeeld bij een ontsteking of als gevolg van een ongeval). Vaak blijft zo'n verwijding klein, maar soms wordt deze groter en dan ontstaat een spermatocèle.

Een hydrocèle of spermatocèle gaat meestal niet vanzelf weer weg. Over het algemeen geven een hydrocèle of spermatocèle geen klachten: ze zijn pijnloos en vaak klein. Ze hoeven dan ook niet behandeld te worden. Soms worden ze echter zo groot dat ze hinderlijk worden en klachten geven (bijvoorbeeld bij bepaalde activiteiten of knellende kleding). Soms wordt het cosmetisch aspect als storend ervaren.

Behandeling
Indien een spermatocèle of hydrocèle behandeld dient te worden, moet u geopereerd worden. De ingreep kan vaak in dagbehandeling of tijdens een korte opname verricht worden.

Alternatief
Gebruikt u bloedverdunners?
Als u bloedverdunners (antistollingsmedicatie) gebruikt, meld dit dan aan uw behandeld arts. Hij/zij bespreekt met u of en wanneer u moet stoppen met deze medicijnen. 

Opname
U wordt op de operatiedag zelf opgenomen. U meldt zich op de afgesproken tijd bij de receptie. Neem uw verzekeringspapieren, medicijnen en eventuele allergiegegevens mee. Op de afdeling wordt u ontvangen door een verpleegkundige die u naar de kamer brengt en de gang van zaken op de afdeling zal uitlegt.

De operatie
Wanneer u een kunstgebit en/of contactlenzen draagt moet u deze uitdoen. Ook mag u tijdens de operatie geen sieraden dragen. Een verpleegkundige rijdt u met uw bed naar de voorbereidingsruimte van de operatieafdeling. Vervolgens krijgt u een infuus. U gaat naar de operatiekamer en schuift over op de operatietafel. Hierna dient de anesthesist de narcose of verdoving toe.

Werkwijze
De uroloog maakt een snede in de balzak. Via deze snede wordt de bal en bijbal geïnspecteerd en de hydrocèle of spermatocèle verwijderd. De huidwond wordt met oplosbare hechtingen gesloten. De ingreep duurt ± 30 minuten.

Na de operatie
U gaat na de operatie voor korte tijd naar de uitslaapkamer. Als de controles, zoals bloeddruk en ademhaling in orde blijken gaat u naar uw eigen kamer. De verpleegkundige van de afdeling komt u halen. De operatie vindt plaats in dagbehandeling. U mag dezelfde dag ook weer naar huis.

Nazorg
Na de operatie is het raadzaam een onderbroek te dragen die u steun geeft (dus geen boxershort), ook 's nachts. Hiermee vermindert u de kans op zwelling. De verbandgazen waarmee de balzak is ingepakt moet u 2 dagen laten zitten, hierna kunt u het verband verwijderen en mag u weer douchen. Na 2 weken is zwemmen meestal weer mogelijk. De eerste week na de ingreep is het verstandig rustig aan te doen. Zelf voelt u meestal het beste wat u wel en niet kunt. Vaak is er na de operatie een zwelling rondom de zaadbal, die geleidelijk uit zichzelf verdwijnt.

Complicaties
Soms ontstaat er na de ingreep een bloeduitstorting, overmatig pijn in het wondgebied of een infectie. Een blauwverkleuring van de wond komt geregeld voor, dit behoeft geen verdere behandeling. Zelden komt de hydrocèle terug (1 à 2%). Na een spermatocèle operatie is het mogelijk dat een nieuwe spermatocèle ontstaat.

De bijbal is verantwoordelijk voor transport van zaadcellen tussen zaadbal en prostaat. Daarom is het altijd mogelijk dat een operatie aan de bijbal, een afsluiting van dit transportsysteem veroorzaakt. Dit zou kunnen resulteren in sterilisatie aan de geopereerde zijde. Daarom moet terughoudend gehandeld worden met behandeling van spermatocèle als er een kinderwens aanwezig is. Bij een hydrocèle operatie is bovenstaande niet van toepassing.

Controle
Volgens afspraak komt u op controle bij de uroloog.

Wat te doen in geval van ziekte of verhindering?
Als u door ziekte of een andere reden verhinderd bent uw afspraak na te komen, neem dan zo snel mogelijk contact op me de polikliniek urologie.

Tot slot
Deze brochure betreft een algemene voorlichting en is bedoeld als extra informatie naast het gesprek met uw behandelend arts. Bijzondere omstandigheden kunnen tot wijzigingen aanleiding geven. Dit zal altijd door uw uroloog aan u kenbaar worden gemaakt. Heeft u na het lezen van deze folder nog vragen dan kunt u op werkdagen contact opnemen met de afdeling urologie.

Vragen?
Wij helpen u graag. U kunt contact opnemen met de assistent of uw behandelend specialist.

  • Polikliniek Urologie:
    T (076) 595 10 26

Buiten kantooruren kunt u contact opnemen met:

  • Afdeling Spoedeisende Hulp
    T (076) 595 50 00

Meer lezen over urologie bij Amphia?

Ga naar afdeling Urologie

Label